10 tips voor betere reisfoto’s

Maak je graag foto’s op reis maar mag het wel dat tikkeltje meer zijn? Wil je betere verhalen vertellen met jouw beelden maar weet je niet waar te beginnen? Of je nu fotografeert met je smartphone, een point&shoot camera van 2009 of een fancy DSLR/systeemcamera, met deze 10 praktische tips maak jij betere foto’s op jouw volgende trip!

Niets is zo leuk als foto’s terugkijken die je op reis hebt gemaakt. Of je ze nu alleen bekijkt omdat je ze toevallig tegenkomt in je computerarchief of je nodigt je ouders uit om een presentatie van jullie reis te geven, reisfoto’s brengen herinneringen met zich mee en je krijgt er een goed gevoel van als je ze terug ziet. Als outdoor fotograaf ben ik helemaal in mijn element als ik aan het reizen ben. Mijn creativiteit wordt geprikkeld door de nieuwe plaatsen, onbekende natuur, andere gewoontes en typische architectuur die bij het reizen horen. Met onderstaande tips wil ik jou helpen om jouw reisfoto’s tot een next level te tillen. Zo zullen jouw foto’s eruit springen tussen de foto’s van al die andere toeristen die dezelfde plaats bezoeken ;)

  1. De beste camera is de camera die je bij je hebt

De eerste tip is al meteen een heel belangrijke. Om reisfoto’s (of eender welke foto’s) te maken, hoef je geen cameramateriaal van duizenden euro’s te hebben om toch heel mooie beelden te maken. Natuurlijk hebben duurdere systeemcamera’s hun voordelen zoals scherpte, focus en de keuze uit verschillende lenzen. Toch kan je ook met een smartphone of oude compact camera heel goede foto’s maken. Post ze op Instagram en mensen zullen vaak het verschil zelfs niet zien!

Wil je mooie foto’s maken? Zorg er dan voor dat je altijd een camera bij de hand hebt. De beste camera is namelijk de camera die je bij je hebt! Een foto moet niet perfect zijn. Zie je een mooi huisje, een wilde koe of een mooie zonsondergang op het strand? Baal dan niet dat je geen ‘fancy’ camera bij je hebt maar gebruik jouw smartphone om het beeld vast te leggen.

TIP: Ook als ik geen camera of smartphone bij me heb, maak ik foto’s in mijn hoofd. Vergeet niet te genieten van jouw vakantie en laat soms de camera ‘thuis’. Kijk om je heen en maak foto’s met je ogen door composities te maken van de dingen in jouw omgeving. Ik denk heel vaak als ik in de auto zit ‘oh, deze wolken boven die velden zouden een mooie foto zijn’ of ‘die ochtendzon maakt mooie schaduwen op dit gebouw’. Ook het maken van deze mentale foto’s zal ervoor zorgen dat je beter zal fotograferen als je wél een camera bij je hebt. Zo oefen je namelijk jouw fotografisch oog!

Zonsondergang in Wenduine, gefotografeerd met een iPhone 5C in augustus 2016.

2. Verander jouw perspectief

Wanneer je op reis gaat naar een toeristische plek, maakten al duizenden mensen dezelfde foto van hetzelfde monument. Vaak zien die foto’s er zo goed als identiek uit. Een van de redenen hiervoor is omdat de foto’s gemaakt worden vanuit hetzelfde perspectief. Mensen halen hun camera of smartphone uit de rugzak en fotograferen op ooghoogte, zonder er veel bij na te denken. Wil je unieke foto’s (voor zover dat kan van heel toeristische plaatsen)? Probeer eens een nieuw perspectief uit. Ga eens op je buik liggen, ga door de knieën, ga 100 meter verder staan of zoom net in op een detail. Door het perspectief te veranderen, komt het monument, gebouw of landschap in een nieuwe compositie terecht en kan dit jouw foto anders maken dan de foto’s van andere toeristen. Experimenteer met je eigen positie ten opzichte van het onderwerp van jouw foto.

3. Experimenteer met je diafragma

Het diafragma van je camera is de lensopening. Ook smartphones hebben een diafragma, ookal kan je dat meestal niet met het blote oog zien. Voor mij is het diafragma een van mijn belangrijkste instellingen om mijn foto’s ‘speciaal’ te maken. Het instellen van een groot of klein diafragma heeft namelijk invloed op de scherptediepte van je foto, m.a.w. hoeveel van de foto scherp moet zijn. Landschappen worden vaak met een klein diafragma gemaakt (f/16 bijvoorbeeld) omdat alles dan scherp is. Een grote lensopening (of klein diafragma-getal zoals: f/1.8 of f/2.8) zorgt voor een kleine scherptediepte. Dit wil zeggen dat het onderwerp van je foto (waar je op focust) scherp is, maar een groot deel van de voor- en achtergrond onscherp. Je krijgt dan van dat typische ‘Bokeh-effect’.

De meeste mensen weten niet wat het diafragma doet en besteden er dan ook geen aandacht aan. Fotografeer je met jouw smartphone in de gewone stand, dan kiest jouw smartphone een diafragma die ervoor zorgt dat je voldoende licht hebt in de foto. Ook op de automatische stand van een cameratoestel, kiest de camera zelf welk diafragma nodig is om het beeld goed te kunnen belichten. Door echter te experimenteren met het diafragma (A- of Av-stand op je camera of de portret-, pro- of diafragmamodus op de smartphone) kan je meer lagen aanbrengen in je foto en het onderwerp er meer laten uitkomen door de achtergrond en/of voorgrond wazig te laten.

Experimenteer met het diafragma van jouw camera en je foto’s krijgen meteen een professionelere look! Wil je hier meer over weten? Check dan mijn online basiscursus ‘Fotografie voor beginners’. In dit e-book ga ik nog veel meer in op het gebruik van het diafragma.

4. Zoek het licht

Een van de meeste belangrijke elementen in de fotografie is licht. Of het nu om artificieel licht gaat in het vakantiehuisje, de felle zon op een hete Spaanse middag of het gouden uur op een vroege ochtend in de Ardennen, licht maakt een foto. Heb je saai licht, is er geen wolkje aan de lucht of is het net mega grijs? Dit zal invloed hebben op jouw foto’s en het moeilijker maken om een interessant beeld te maken dat eruit staat.

Begrijp me niet verkeerd, ik geloof dat je kan fotograferen in alle weers- en lichtomstandigheden. Alleen moet je weten waar je het licht moet zoeken. Om je reisfoto’s dat tikkeltje meer te geven, is het belangrijk om op zoek te gaan naar het licht. Hoe heeft het licht invloed op het onderwerp van de foto? Welke elementen van deze stad worden in schaduw gehuld? Kan ik interessante reflecties vinden door de lichtinval? Waar in het landschap is het licht niet te hard en niet te zacht?

Waar licht is, is schaduw en waar schaduw is, is diepte. Foto’s zijn veel interessanter voor het oog van de kijker als er diepte in de foto’s zit. Probeer op zoek te gaan naar interessante lichtinvallen en schaduwen.

5. Gebruik een model

Om de grootsheid of uitgestrektheid van een plaats weer te geven, kan het helpen om een model te gebruiken. Dit kan een reiscompagnon of local zijn, maar het kan ook jouw hond, een eenzame boom of een berghut zijn in de verte. Een model zorgt ervoor dat je het landschap meer in perspectief toont met het menselijke. Het is altijd een goed idee om wat menselijkheid in de natuur te tonen. Op die manier kan de persoon die naar jouw foto’s kijkt, zich ook beter inbeelden hoe het op die plaats is.

Ook om een stad in beeldverhalen te tonen, kan je mensen in het straatbeeld fotograferen. Ze moeten daarvoor zelfs niet herkenbaar of dichtbij zijn. Een straatfoto van een koppel op een bankje in Parijs, klanten in een bakkerijtje in Rome door het raam gefotografeerd of een zakenman met aktetas in het midden van Londen tonen veel meer dan dezelfde foto’s zonder ‘model’.

6. Geef aandacht aan je compositie

Heb je ooit al een foto gezien dat je dacht ‘wow, die is zo goed’ maar niet kon uitleggen waarom je die precies zo goed vond? Vaak zal de compositie er veel mee te maken hebben gehad. Voordat ik mij serieuzer met fotografie bezig hield, had ik geen flauw idee van compositie in foto’s. Ik maakte als kind al foto’s met mijn compact camera die ik had gewonnen op de tombola en met mijn iPod Touch toen ik ouder werd. Hoewel ik toen vond dat ik al oog had voor goede foto’s (dat valt sterk in twijfel te trekken), hield ik me helemaal niet bezig met compositie. Toch is compositie een van de elementen die een foto goed of slecht maken.

Een van de meest bekende compositieregels in de fotografie of kunst in het algemeen is de gulden snede of de regel van drie. Dit is dé regel bij uitstek om harmonie en evenwicht in je compositie te brengen. Het beeld wordt horizontaal en verticaal in 3 zones verdeeld. Belangrijke onderwerpen worden op de denkbeeldige kruispunten van die zones geplaatst. Ook voor de horizon van het landschap is het beter om die niet in het midden te plaatsen (saaier beeld) maar om nadruk te leggen op de grond (2/3 grond, 1/3 lucht) of op de interessante lucht (2/3 lucht, 1/3 grond). Zorg er ook altijd voor dat de horizon recht is! Dit lijkt iets doms, maar je zal zien dat dit enorm veel verschil maakt in foto’s. Ook een onderwerp meer links of meer rechts in plaats van in het midden plaatsen, maakt de foto veel interessanter. Ook diagonalen, invoerende lijnen en driehoeks-compositie zijn composities die vaak worden gebruikt door fotografen.

TIP: Probeer eerst te werken met de compositieregels om ze daarna, als je ze onder de knie hebt, te kunnen verbreken! Dit maakt de foto’s nog dat tikkeltje interessanter.

Vertrokken van de regel van drie maar dan nog extremer gemaakt om de aandacht op de wolken te vestigen.

7. Denk in verhalen

Of je nu van plan bent om jouw reisfoto’s te delen op sociale media, in een blogpost of gewoon met familie of vrienden, je wil met jouw foto’s jouw reisverhaal (opnieuw) vertellen. Vaak maken mensen foto’s van hun lekkere tapas, de zonsondergang vanuit hun hotelkamer en de kajaktrip die ze maakte op een groot bergmeer. Deze foto’s kunnen mooi zijn en je kan er zeker iets bij vertellen. Toch is het waardevol om ook tijdens het fotograferen stil te staan bij welk verhaal je wil vertellen. Wat wil je vertellen met dit beeld? Waarom maak je de foto en welke elementen in het frame doen ertoe?

Door te denken in verhalen zullen je foto’s ook meer gelinkt zijn aan elkaar. Probeer tijdens een citytrip bijvoorbeeld niet alleen de vanzelfsprekende foto’s te maken maar maak er een geheel van. Ga op zoek naar details, kleine dingen waarin je toch de stad herkent, introduceer personages in je foto’s,… Een foto moet de aandacht trekken van de ‘kijker’ en mag niet alle antwoorden hebben. Een goede foto roept net extra vragen op.

8. Ontdek minder toeristische plaatsen

Hoewel ik de hype rond toeristische plaatsen begrijp, zeker in tijden van sociale media, vind ik het nog zoveel leuker om ergens te zijn waar bijna geen toeristen zijn. Dit zorgt niet alleen voor meer rust op de wandelpaden of minder lange wachtrijen bij ‘bezienswaardigheden’ maar brengt ook meer creativiteit in mij naar boven. Als ik op reis foto’s maak, wil ik niet al duizend beelden hebben gezien van die ene berg die ik graag wil fotograferen of dat ene gebouw dat te mooi is om geen foto van te maken. Dan ben ik zeker niet uniek. Ik vind het veel leuker om regio’s in beeld te brengen waarvan ik geen foto’s heb gezien van mijn favoriete fotografen of ‘reis-influencers’.

Ga je wel naar een meer toeristische regio? Ga dan net op zoek naar plaatsjes, pleintjes, steegjes, plantentuintjes, cafeetjes… die veel minder bekend zijn. Zo kan je steden als Parijs of Londen ook op een andere manier fotograferen én ontdekken door de grote trekpleisters links te laten liggen. Daag jezelf uit om eens iets anders te doen!

9. Volg de zon

Deze tip is een van mijn favorieten. Of je nu op hotelvakantie gaat, gaat wildkamperen of iets daar tussenin, jouw foto’s krijgen altijd dat tikkeltje meer als je de zon volgt. Er zijn waarschijnlijk al duizenden foto’s gemaakt van dat ene monument of die ene ski-lift of dat verlaten tankstation in het midden van de dag, in de volle zon. Fel zonlicht is echter helemaal niet ideaal om in te fotograferen. Het zorgt voor sterke donkere schaduwen en felle hooglichten waardoor het contrast in de foto vaak té is. Begrijp me niet verkeerd, ook met fel zonlicht kan je creatief aan de slag gaan door naar mooie lichtinvallen of specifieke schaduwen op zoek te gaan.

Ik zie het persoonlijk als een uitdaging om de plaats waar ik zo geniet op reis vast te leggen in het mooiste licht. Dit wil zeggen, tijdens ‘golden hour’ of ‘blue hour’ en het liefst allebei. Met het gouden uur bedoel ik het eerste uur na zonsopkomst en laatste uur voor zonsondergang. Het blauwe uur is het eerste uur voor zonsopkomst en na zonsondergang. Beide hebben enorm hun charme en kunnen foto’s die overdag saai zouden zijn, plots heel interessant maken.

Wil jij foto’s die eruit springen? Sta dan eens vroeg op of blijf bij het afkoelen ‘s avonds wat langer buiten zitten om te zien of de hemel iets voor je in petto heeft. Wie weet maak je dan wel de mooiste foto’s van heel je reis! Hoewel ik ervan hou om tijdens onze wandelingen foto’s te maken van de omgeving, vind ik het ook belangrijk om ‘s morgens en ‘s avonds af en toe alleen op stap te gaan met mijn camera. Dan laat ik me leiden door de zon.

Deze foto’s maakte ik vanop onze kampeerplaats in Montaña de Riaño. Dezelfde bergen, maar steeds in andere lichtomstandigheden. Zo zie je maar wat de zon voor jouw foto’s kan doen!

10. Hou het simpel

Als laatste tip wou ik nog meegeven: less is more! Zowel voor de compositie als het verhaal van de foto is het belangrijk om niet te veel in één beeld te willen proppen. Je wil dat de persoon die naar jouw foto kijkt, kan zien wat het onderwerp is. Wat was de bedoeling van de foto? Als je te veel elementen wil toevoegen, wordt de foto slordig en is de compositie ook niet optimaal. Probeer één focus te kiezen. Wat wil je met deze foto zeggen? Andere elementen in het beeld kunnen ondersteunend zijn om het oog van de ‘kijker’ naar die focus te leiden maar mogen niet overheersend zijn.

Denk eraan om niet alleen door de lens naar de scene te kijken maar ook eens de camera te laten zakken en rondom je heen te kijken. Misschien vind je wel een betere positie van waaruit je kan fotograferen of zie je nu dat, als je inzoomt, die bomenrij in de verte verdwijnt. Experimenteer met afstand en inzoomen en kijk welke elementen je meeneemt in de kadrage en welke niet.

Zie je het nu helemaal zitten om je volgende reis te plannen? Tag mij gerust in jouw reisfoto’s. Ik ben benieuwd wat je meeneemt van tips :)


Wil je meer weten over licht, compositie, perspectief of diafragma? Kriebelt het na het lezen van deze post om dieper te duiken in de wereld van fotografie? Heb je thuis een spiegelreflexcamera liggen die je wil meenemen op reis maar je weet niet goed waar beginnen met al die instellingen? Via onderstaande link kan je mijn online cursus ‘Basiscursus fotografie voor beginners’ kopen. Alles wat je als beginnende fotograaf moet weten, kan je in het e-book terugvinden!


Volgende
Volgende

Roadtrip door Noord-Spanje: wandelen in vier nationale natuurparken